Nu de stofwolken redelijk zijn opgetrokken in Aarepoort besloot de redactie van de Postduif dat het veilig genoeg was om er een verslaggever heen te sturen.

Begin dit jaar was Aarepoort natuurlijk vaak in het nieuws omdat daar een langdurig gevecht plaatsvond tussen Lucentia en de Combattanten, maar wat er nou precies gebeurde is eigenlijk heel lang niet duidelijk geweest. Daarom leek het de redactie van de Postduif een goed plan om er een verslaggever heen te sturen om alles eens met eigen ogen te gaan bekijken.

Het eerste wat opviel was de enorme schade aan de gebouwen. Vooral in het centrum van de stad was er geen huis onbeschadigd en veel woningen en winkels zijn niet meer te gebruiken. Overal lopen nog Combattanten rond. Als je vraagt waarom zeggen ze dat ze de veiligheid van de bewoners willen beschermen. 

Toch lijkt het niet helemaal te kloppen. In een gesprek met een aantal inwoners van de stad kwam er een ander verhaal naar boven. Ze legden uit dat het centrum zo zwaar beschadigd is omdat zich daar het knooppunt van de Witte Waterweg bevindt. Zowel de Verenigde Ministeries als Lucentia wilde dit strategische punt in handen hebben, omdat dat de enige toegang tot Tegedal (honing en kruiden), Gunder (grootste Combattantenkazerne) en Drimmeloord (CdE kantoor) is.

Toen bleek dat er een groot gevecht aan zat te komen lukte het de bevolking van Aarepoort gelukkig wel om de bewoners van het centrum zo veel mogelijk op tijd te evacueren, waardoor zij niet gewond zijn geraakt. Maar veel van hen zijn nu wel hun huis kwijt.

In eerst instantie leek het of Lucentia de slag zou winnen. Ze hadden explosieve drankjes en schijncorpii die sterker waren dan ooit. Deze wezens konden vrij gemakkelijk door de linies van de Combattanten heen breken (of ‘s nachts stiekem langs de wachtposten sluipen) en plaatsen die voor de Ministeries belangrijk waren opblazen. 

Op een nacht lukte het Lucentia, met behulp van bloeddrinkende schijncorpii en versterking vanuit andere Vrije Steden het stadcentrum over te nemen, maar de ochtend erna volgde een zware tegenaanval van de Combattanten waarbij enorm veel slachtoffers vielen. Uiteindelijk ontstond er een soort wapenstilstand waarbij een no-go zone van ongeveer 100 meter rondom de aansluiting van de Witte Waterweg ontstond.

De Combattanten hadden zich intussen teruggetrokken in een goed beschermd kamp. Ze verzamelden tijdens kleine missies burgers, meestal met belangrijke functies in de stad, om hen te beschermen tegen Lucentia. Er wordt wel gefluisterd dat ze deze burgers soms uitruilden om gevangen Combattanten of leden van de grote families terug te krijgen van Lucentia.

De inwoners vertelden verder dat na de arrestatie van Radboud “Radt” S. in januari en Ciska V. in februari de explosies minder zwaar werden en langzaam maar zeker de bloeddrinkende schijncorpii uit de stad verdwenen. Maar de echte klap voor Lucentie kwam korte tijd later. Een aantal mensen zag op een avond een jonge persoon, waarvan sommige beweren dat het een leerling van de Academie der Toverkunsten in Delft was, met een vreemd bolvormig voorwerp in het kamp van de Combattanten. Toen deze persoon later vertrok, was dat zonder dit voorwerp. En of dat ermee te maken heeft of niet, maar vanaf dat moment werkte de explosieve dranken van Lucentia niet meer.

De Combattanten maakte gebruik hiervan en vielen de ene na de andere basis van Lucentia aan. Iedereen die op het verkeerde moment op de verkeerde plaats was werd gearresteerd. Veel mensen raakten gewond. Overal in de stad werden veldhospitalen opgericht om snel eerste hulp te kunnen verlenen, maar ook daar waren mensen niet veilig. Blijkbaar beschikten de Combattanten niet over de goede informatie, want op een kwade dag vielen ze een veldhospitaal binnen omdat ze dachten dat het een wapenopslag van Lucentia was. Er vielen 25 doden en 17 zwaargewonden, waaronder de Burgemeester van Aarepoort, voordat ze door hadden dat ze fout zaten.

Na drie dagen bloedige strijd eisten de Combattanten de overwinning op. Het aantal slachtoffers is nog steeds niet bekend, maar de inwoners van Aarepoort doet er alles aan om de stad weer op te bouwen en de getroffen mensen zo veel mogelijk te helpen. Overal in en rond de stad worden benefiet-evenementen gehouden waarbij geld wordt opgehaald.

Wij spraken bijvoorbeeld met Jolanda van Vossenheim, eigenaar van Broodjes en Brouwsels, die met een bijeenkomst in haar restaurant alleen al 856 gulden heeft opgehaald! De plaatsvervangend burgemeester, Hannah Heuvel (Nieuwe Hollandse Partij en Nieuwe Geus) was verrast dat ze zo’n groot bedrag in ontvangst mocht nemen. Ze beloofde dat ze ervoor zou zorgen dat zo snel mogelijk de toevoer van eten en goederen weer op gang zou worden gebracht.